Sprinter met een ontspannen, rollende tred. De voetspanning bij de landing is prima en de romphouding is vrij stabiel. Let ook op de prima heupswing.
Aandachtspunten
- Na de afzet verslapt de voetspanning. Daardoor wordt de achterpendel onnodig verlengd.
- De landing vindt voor het LZP plaats. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de voorovergebogen romp.
- De armvoering is te vroeg vanuit de elleboog. Daardoor moet er extra veel zwaai vanuit de schouder gehaald worden, wat resulteert in de op en neer gaande schouders.